vrijdag 30 oktober 2009

Kelimutu

's Morgens rond ½4 gaat de wekker en als we zonsopgang willen zien zullen we nu moeten opstaan en dat valt niet mee omdat we gisteren na het avondeten grote inspiratie bleken te hebben in het schrijven van muziek. Die inspiratie heeft er waarschijnlijk ook voor gezorgd dat we meer biertjes hebben gedronken dan een mens kan verdragen en waardoor we nu lekker duf wakker worden.Nadat we onze kater wegspoelen met sterke koffie en ons wassen met ijskoud water zoals hier in Moni gebruikelijk is worden we dan toch langzaam wakker. Gelukkig hebben we onze ransel gisteren al ingepakt want we zijn net bezig onze kleren aan te trekken of we horen de truck die ons naar de voet van de Kelimutu zal brengen onze losmen al voorrijden.

Nadat we zijn ingestapt en blijkt dat we niet de enige toeristen op dit tochtje, wat duidelijk kenbaar wordt gemaakt door het gezucht van onze medepassagiers omdat ze een paar minuten hebben moeten wachten, begint de truck aan zijn klimtocht over de donkere wegen. Het tochtje is weinig interessant omdat ze plaatsvindt in het donker, het geslinger en gedraai in de bochten brengt onze kater weer langzaam terug en we zijn blij dat we nu niet in een afgesloten bus zitten en dat we de koele wind op onze gezicht kunnen voelen, want anders hadden onze medepassagiers heel wat meer te klagen gehad.

Na een kleine 3 kwartier stopt de bus en kunnen we beginnen aan onze wandeltocht, een wandeltocht wat weinig avontuurlijk is omdat er een duidelijk pad loopt en bij het steile gedeelte zelfs traptreden zijn aangelegd zodat het je wel helemaal gemakkelijk wordt gemaakt, bovendien voel ik mij eigen net een mak schaapje omringd door een kudde reisorganisatie dieren (Djoser, Baobab, FOX?) wat allemaal dezelfde kant uitloopt. Na een klein uurtje bereiken we de top, maar door de grote aanwezigheid van mensen niet speciaal aandoet. In de verte zie je dat het vaag lichter wordt en dit is wel zeer indrukwekkend omdat het landschap van Flores zeer afwisselt is waardoor je overal ruige pieken van de bergen te zien krijgt.

Na een paar uur op de top van de Keli Mutu te hebben doorgebracht en ons hebben verwonderd over deze kratermeren met hun verschillende kleuren, zijn we de enige die nog zijn overgebleven, de truck of beter gezegd veewagen die ons naar boven heeft gebracht is allang vertrokken en heeft de reisorganisatie kuddedieren weer meegenomen waarschijnlijk op weg naar een nieuw groots avontuur. Eenzaam lopen we dan naar beneden waar we op een gegeven moment kunnen kiezen of we via de gewone weg naar beneden lopen of langs allerlei binnendoor paadjes, een tip wat ik ooit eens had gelezen in de Odysee reisgids Indonesië en wat ik toen heb gekopieerd. Dit blijkt een goede keus te zijn, want dit pad loopt via prachtige vergezichten en langs een paar kleine desa waar we een paar slimme bewoners (die waarschijnlijk deze reisgids ook hebben gelezen) een kleine warung hebben opgezet waar je wat kan eten en drinken. Na een paar keer verkeerd te hebben gelopen en we de weg hebben moeten vragen zien we na ongeveer 3 uur in de verte Moni liggen. Blij dat we onze tocht bijna volbracht hebben krijgen we bijna vleugeltjes als we denken aan een koude Bintang in “ons” favoriete restaurant/café met constant reggae muziek op de achtergrond, kip met nasi en onze nog lang niet afgeschreven muziekstukken. Maar voordat we aankomen in Moni komen we eerst nog langs een waterpoel en waterval waarin we, nadat we snel onze schoenen en shirt hebben uitgetrokken, ontspannen hebben relaxen, het bier kan nog wel even wachten.

De ferry van Ketapang naar Gilimanuk.



Het is nog donker als ik ’s morgens vroeg met de nachtbus vanuit Yogya in Ketapang aankom. Moe want echt geslapen heb ik niet stap ik zo vanuit de bus het strand op. De ferry die ik moet hebben heeft zich al op het strand gevaren en trucks, bussen, auto’s, motoren en voetgangers zijn zich in chaos aan het ontschepen. Ik neem dus aan dat we nog wel even tijd hebben en loop naar een warung en bestel een koffie en mie telur rebus. Met een sigaret in mijn mond en genietend van mijn bakje koffie voel ik de moeheid verdwijnen en word ik langzaam maar zeker weer mens. Na mijn “ontbijtje” begint het langzamerhand te schemeren en zie ik in de verte Bali liggen. Ik loop naar het strand en zie ik dat de zich de eerste trucks langzaam de ferry inrijden, ik kan ervoor kiezen om in de bus de overtocht te maken, maar ik besluit om lekker uit te waaien op het dek en loop op mijn gemakje de ferry op om een zitplekje te bemachtigen. Na een klein uurtje is het zover en klinkt het geluid van de zware dieselmotoren die op toeren beginnen te komen zodat we kunnen vertrekken. De volgende ferry ligt al klaar om het strand op te varen want deze overtocht is een komen en gaan van ferry’s 24 per dag, 7 dagen per week, dat is ook niet zo vreemd want het is de enige manier en snelste manier om goederen van of naar Java te krijgen. Omdat dit niet de eerste keer is dat ik deze overtocht neem heb ik ervoor gezorgd dat ik een goed uitzicht heb op Java, omdat ik me blijf verbazen hoe de opkomende zon zulke mooie schaduwen kan werpen op de bergen van Java, zeker iets wat je gezien moet hebben. Deze betovering wordt echter snel verbroken als de verkoper van dangdut VeeCeeDees zijn waar begint aan te prijzen door keihard zijn stereo installatie aan te zetten. Gelukkig duurt deze ellende niet lang en zie ik Bali snel dichterbij komen. Net als vorige keren duurt deze overtocht niet langer dan 30 minuten en sta ik als snel op Balinese grond te wachten op mijn bus, die mij snel naar Padangbai zal brengen, om de volgende ferry te nemen namelijk die naar Lombok.

(Foto haven van Ketapang gebruikt met toestemming van Bule van het wereldwijzer forum)